Niemand wil “haar” zijn. Maar soms kan je niet anders. Dat is het probleem waar mijn vriendin laatst mee zat. Haar vriend is een ontzettend lieve jongen. Aan de stille kant, maar altijd attent. Zijn hobby echter begint langzamer zeker zijn tol te eisen. Hij is namelijk een vliegtuigspotter. Als je ooit langs Schiphol rijdt, hij staat er met zijn telelens kiekjes te schieten.
Elke druppel vult de emmer
Toen ze hem leerde kennen had hij deze hobby nog niet. Als student was squashen meer zijn ding. Misschien had ze het aan kunnen zien komen, hij bouwde namelijk al wel modelvliegtuigjes. Ze dacht er verder niks van. Een werktuigbouwkundige, nou ja, dan krijg je dat. Toen was ze hem ook al vaak kwijt voor de zondag. Maar dat was anders. Het feit dat hij gewoon thuis was, en dat zo gewoon binnen kon lopen als hij tussen de verfpotjes zat, dat was goed. Het is er op een gegeven moment ingeslopen. Steeds minder modelletjes en steeds vaker eropuit. In het begin vond ze het eigenlijk wel prettig. Hij de deur uit, ik de deur uit. Dan organiseerde ze weer een leuke activiteit en gingen we lekker met zijn allen iets doen. Maar niet elke zondag konden we allemaal komen. Steeds vaker zat ze alleen thuis terwijl hij daar kiekjes zat te schieten.
Hoe voer je zo een gesprek?
Maar ja, hoe snijd je het onderwerp nou aan. Aan de ene kant moet het anders. Het is niet eens dat ze ruzie vreest, maar bang dat hij ja zegt wanneer hij nee bedoeld. In het begin was dat ook wennen voor haar, dat hij altijd ja zei. Aan de ene kant is ze blij dat hij een hobby heeft waar hij blij van wordt, dat merkt ze ook altijd. Maar hoe kan ze nou voorkomen dat hij zichzelf afkapt?
Een voorzichtige suggestie
Ik zal eerlijk zijn, ik vond niet dat ik met zekerheid kon zeggen wat ze moet doen. Maar ja, alleen lijkt ze er ook niet uit te komen. Uiteindelijk, zei ik, ligt het probleem natuurlijk bij de communicatie. Hij zal wat hij wil moeten gaan uiten. Daarom heb ik voorgesteld dat ze aan hem vraagt of ze een dagje mee kan. Niet eens om zijn kant van de hobby te zien, maar om hem keuzes uit te laten spreken. Door iets aan te bieden, niet vragen iets te stoppen, hoop ik dat ze een soort van dialoog kan opwekken. Beste lezers, heb ik het wel goed gedaan.